Een beknopt overzicht van de geschiedenis van het orgel in de Bonifatiuskerk.
Voor de kenner die zoekt naar uitgebreide achtergronden is een boek in de maak, dat via onze ‘winkel‘ verkrijgbaar is.
In 1884 werd in Leeuwarden de Bonifatiuskerk gebouwd aan de Voorstreek. Architect Cuypers was aangetrokken om deze grote neogotische kerk te bouwen. De kerk stond noodgedwongen niet aan de straat, en dus was een hoge toren gewenst, en dat kreeg ze!
De architect had een orgel gepland in het transept, boven de zijbeuken. Dit is nooit gerealiseerd. In de toren werd door de firma Adema uit Leeuwarden, in 1899 een nieuw orgel gebouwd. Tot die tijd had het oude van Dam orgel uit de schuilkerk dienst gedaan.
Sibrand Adema, een zoon van de in Leeuwarden gebleven Adema’s, is organist gebleven tot aan zijn dood in 1941
De dispositie van dit orgel staat op deze pagina.
In 1942 werd een nieuw orgel gebouwd door de firma Verschueren Heythuizen onder opus nummer 140. Het oude pijpwerk van het Ademaorgel verhuisde mee naar het nieuwe elektropneumatische orgel. Het pijpwerk werd wel naar de smaak en praktijk van die tijd aangepast. Het orgel kreeg barokke elementen, echter gezien de lage druk en de akoestiek van de kerk, en de opstelling van het orgel, kon het 30 register tellende orgel steeds minder waardering genieten, mede omdat ook de smaak veranderde, en de gebruikte techniek als inferieur werd gezien.
Al in de jaren ’80 was de onvrede over het orgel dermate groot dat er plannen gemaakt werden voor restauratie, of het geheel afdanken van het orgel.
Verschillende plannen passeerden de revue, zoals het plaatsen van een groot Van Dam orgel, dat sinds de sluiting en vandalisering van de Westerkerk op een zolder bij de Grote kerk lag opgeslagen.
Eind jaren 90 herleefde de roep om een beter orgel voor de Bonifatius. Toenmalig Pastoor Bosma(links) wist samen met parochianen, bestuur en kerkmusicus Hendrikje v.d. Berg een orgelcommissie op te richten. Verschillende plannen en orgelbouwers werkten mee aan de grote droom. De befaamde organist Jan Jongepier(rechts) werd als adviseur aangetrokken, samen met adviseur Ton van Eck (namens de KKOR). Jan Jongepier had een voorliefde voor deze kerk, en sprak altijd vol lof over de klank van het Cavaillé-Coll koororgel dat sinds 1984 in de kerk staat waar hij graag op improviseerde. (en zelfs een plaat opnam)
Er ontstond een plan voor een 30 register tellend 3 klaviers orgel dat geplaats zou worden in het transept, als orgelkas zouden de achtergelegen biechtstoelen worden gebruikt, waardoor het orgel een neogotische uitstraling zou krijgen.
Helaas kon Jan Jongepier het nieuwe orgel niet laten bouwen dat hij in gedachte had in een bijzondere samenwerking tussen de firma’s Flentrop en Bakker & Timmenga. Het plan bleek te duur en onhaalbaar, mede omdat er moeilijk subsidie op te verkrijgen was. (zie foto, impressie gemaakt vanuit de firma Flentrop)
Ondanks die tegenvaller werd er na enige tijd van stilte toch door gezocht naar een nieuw en haalbaar plan. Adviseur Ton van Eck is gebleven, en samen met de commissie is uiteindelijk gekozen voor een plan van de firma Adema te Hillegom.
Ook de firma Adema begon met een voorstel in het transept van de kerk. Dit was naar wens van de orgelcommissie, die een orgel boven in de toren weinig praktisch vonden, en het orgel een prominente rol wilden geven in de koorpraktijk. Dit plan stuitte op problemen. Wederom was er een financieel gat omdat het verdwijnen van het orgel uit de toren niet kon rekenen op subsidie, en er ook problemen waren met de fundering van het orgel, alsmede de visuele impact in het rijksmonument van een groot orgel. De firma Adema had hierop wel een gepast plan gemaakt. Het orgel zou in 2 kassen verdeeld worden links en rechts van de biechtstoelen en eventueel verhoogd, met een vrije speeltafel beneden.
(tekening links is vrije tekening naar dit idee, Siegfried Derks)
Vanuit de commissie leefde, gezien de ervaringen met het oude Verschuerenorgel de wens voor een mechanisch orgel. Toen ook het oude orgel tot gemeentelijke monument werd verklaard ontstond het huidige plan , om het orgel boven te behouden en te ‘reconstrueren’ naar een Ademaorgel in de stijl van de Amsterdamse tak. De Leeuwarder tak bouwde nooit orgels in deze stijl, maar schijnt wel onderdelen (zoals Barkermachines) te hebben geleverd aan de orgels van Adema die wel in deze stijl gebouwd werden. Het orgel zou het Ademapijpwerk uit 1899 plek geven, aangevuld met passend pijpwerk uit voorraad, veelal afkomstig van verdwenen Adema-orgels. Ook het front uit 1942 zou blijven behouden om te voldoen aan de monumentale status. Het orgel zou mechanisch(met behulp van Barker Machines) worden en 40 registers tellen.
Dit plan bleek haalbaar en genoot de meeste steun van alle betrokkenen. Nadat het groene licht was gegeven is uiteindelijk, eind 2021 ons nieuwe orgel opgeleverd. In september 2022 zullen we deze lange aanloop feestelijk afsluiten. De bouw kende veel problemen, waaronder de coronacrisis de grootste spelbreker was, en daarom is de dankbaarheid en trots groot bij de commissie dat we zover zijn gekomen.
Nu is het aan ons allen dit orgel een waardige toekomst te geven, als aanwinst in haar soort voor het Noorden, en voor de stad Leeuwarden, dat vele bijzondere orgels kent, waarvoor dit type orgel een nieuwe aanwinst is.
Voor de kenner die zoekt naar uitgebreide achtergronden is een boek in de maak, dat via onze ‘winkel‘ verkrijgbaar is.